31 januari 2024
- Theo Nijboer & Hugo Mulder & Henk Hietbrink

Over de toekomst van havo wiskunde B – Aansluiting

Herkent u het volgende gevoel? U geeft les in wiskunde B aan havo 4 en havo 5 en stuit op talloze uitdagingen bij het overbrengen van dit prachtige vak aan uw leerlingen. Is er te veel lesstof? Is de stof te moeilijk? Gaat het te snel? Ook is het lastig om een goede aansluiting te vinden met de onderbouw en het VMBO. Een groot aantal leerlingen komt blijmoedig naar de les en luistert naar het praatje. Bij een onvoldoende balen ze, maar thuis iets extra’s doen is vaak een brug te ver. Pas in de tweede helft van havo 5 gaan de lichtjes aan. Ondanks jarenlange inspanning om dit vak met succes te onderwijzen, blijft het lastig hierin de juiste weg te vinden.

In deze blog kijken we specifiek naar het aspect aansluiting. Achtereenvolgens komen aanbod de resultaten van onze vragenlijst, onze bevindingen van de workshop op de NvvW studiedag, en onze duiding op het aspect aansluiting. Tot slot geven we onze aanbevelingen.
In een andere blog staan een introductie, de resultaten van onze enquête en onze duiding op de aspecten plezier en waardering.

Resultaat vragenlijst

De enquête leert ons bij de gesloten vragen dat het programma inhoudelijk goed is, dat de examenopdrachten goed zijn en dat de methodes goed zijn. Daar schort het dus niet aan. Bij de open vragen krijgen we ook minder positieve reacties. Van alles wordt genoemd. Geklaagd wordt over lessentabellen met blokuren, over minder lesuren, dan wel kortere lesuren dan andere scholen. Gewezen wordt op de aansluiting. Zo zou 3 havo de leerlingen niet goed voorbereiden. Ook matchen de verwachtingen van de instroom vanuit het vmbo niet met die van de docent. Unaniem is de mening dat de aansluiting met het VMBO ronduit slecht is. De werkhouding in de les is vaak voldoende. Ook de bereidheid tot huiswerk maken is onder de maat. Er wordt verzucht dat pas ergens in 5 havo de lichtjes aan gaan.

Bij de eerste vraag, “hoe waardeert u als docent het programma wiskunde B op de havo?”, wordt aangegeven dat het programma gewaardeerd wordt met modus 8. Bijna 90% geeft cijfer 6 of hoger. Het gemiddelde is 7.

De vijfde vraag ging over de waardering van de aansluiting van de examenopdrachten op het lesprogramma. Docenten waarderen de aansluiting van de examenopdrachten met modus 7. Slechts 17% geeft cijfer 5 of lager. Ook de waardering voor de opdrachten is hoog. Vraag 13 ging puur over de waardering van de opdrachten van het centraal examen. De grafiek vertoont daar een overeenkomstig beeld met modus 7.

Vraag acht was naar de waardering voor de gebruikte methode. Die wordt gewaardeerd met een modus van 8 en een gemiddelde score van 7. Ruim 85% van de docenten geeft een waardering van 6 of hoger.


Bevindingen Workshop NvvW studiedag

De NVvW-dag workshop kwamen docenten samen om te praten over het leerproces. Achteraf valt alles samen onder label kwaliteitsbesef. Waarom zou je je als leerling in 4 havo druk maken als je vorig jaar met SO-tjes hoge cijfers haalde en nog geen idee hebt van wat er op het centraal examen van je gevraagd wordt. Waarom is huiswerk maken urgent, als dat het vorig jaar niet was, terwijl de sporttraining en het baantje vanmiddag wel urgent zijn. Vaak vinden leerlingen het prettig om met het uitwerkingenboek onder handbereik samen de opdrachten te maken. Dat het resultaat van een individuele toets tegenvalt, ligt dan echt aan de toets die veel te moeilijk was. Het besef ontbreekt dat een onvoldoende voor een toets betekent dat je bij de volgende toets op achterstand staat. Denkopdrachten worden gezien als iets extra’s voor bollenbozen, in plaats van als het gewenste examenniveau. Docenten geven aan dat het een hele strijd is om een klas intrinsiek te motiveren tot een vruchtbare werkhouding, om verder te gaan dan de instapopdrachten van de instapparagrafen, om door te zetten tot de denkopdrachten. In 4 en 5 havo tikt de tijd hard door. In anderhalf jaar wordt het schoolexamenprogramma afgerond en dan start de examentraining. De docent heeft in 4 havo zijn jaarplanning, maar veel leerlingen leven bij de dag, hebben andere prioriteiten en volgen een ander plan.

Duiding

Het leerproces dat de gemiddelde havist doorloopt valt niet samen met de jaarplanning van de docent. Het idee dat je als docent een curriculum van veel verschillende onderdelen lineair kunt doorlopen, waarbij er iedere week een onderdeel als een plakje gesneden koek in de leerling gaat, totdat de koek op is en het hele programma doorgewerkt is, gaat mank omdat de gemiddelde havist iedere week het nodige laat liggen. Zijn ontwikkelingsproces draait in cirkels en lusjes. Na een aantal maanden leuk meedoen in de les, blijft er toch van alles liggen dat net niet helemaal (of net helemaal niet) begrepen is en moet de leerling terug naar wat eerder aan bod kwam. Alles wat is blijven liggen, kan hij niet compenseren in een enkele herhalingsles. Het leerproces blijft grillig want in die twee studiejaren zal hij nog veel vaker terug moeten naar eerder behandelde stof. Mocht de leerling denken dat hij met een vijfje wel door kan, onvermijdelijk moet op een dag de achterstand ingehaald worden. Dit proces van vallen en opstaan, van struikelen en terugkeren is kenmerkend voor de ontwikkeling van leerlingen bij havo wiskunde B.

Aanbeveling

Aanbeveling is om bij het formuleren van een curriculum rekening te houden met de houding en het gedrag van de havist die enerzijds bewust kiest voor wiskunde B, maar anderzijds niet voor het bijbehorende huiswerk. Omlaag schroeven van het niveau en de werklast is niet de oplossing, maar wel een curriculum dat de havist de kans te geeft om te werken aan kwaliteitsbesef.

Vervolg

We hebben onze bevindingen verwerkt in een reeks blogs. In deze eerste blog geven we een integraal overzicht van de resultaten van de enquête. In de volgende blogs gaan we in op de drie thema’s: aansluiting, waardering, en plezier.

Met deze opeenvolgende blogs willen we u op de hoogte brengen van onze inzichten. Wij hopen op reacties en een levendige discussie.

Theo Nijboer, Hugo Mulder, Henk Hietbrink